Zowel links als rechts verantwoordelijk voor academische zelfcensuur

Interview | door Eva Baaren
16 juni 2021 | De pogingen binnen de wetenschap om via inclusief taalgebruik een veilig en inclusief klimaat voor de uitwisseling van gedachten te creëren, hebben het tegenovergestelde effect, stelt financieel geograaf en columnist Ewald Engelen. ScienceGuide vroeg hem waarom.
Ewald Engelen tijdens een protest in 2015. Beeld: Guido van Nispen, CCBY2.0

De afgelopen tijd berichtten verschillende media over wetenschappers die geïntimideerd werden nadat ze zich publiekelijk hadden uitgesproken en sprak de KNAW zich over een mogelijke verarming van het publieke debat als gevolg daarvan.

Maar ook de manier waarop academici op elkaar reageren is een probleem, vindt Ewald Engelen. Afgelopen week liet hij zich in zowel linkse als rechtse media kritisch uit over de doorgeschoten focus op inclusieve taal van de academie en dat wat hij de ‘cancelcultuur’ noemt. Welke relatie ziet hij met een verarming van het publieke debat, en hoe moet het worden tegengegaan?

Lange tenen

“De academische vrijheid staat onder druk”, begint Engelen. “Niet alleen vanwege wokeness, oftewel de taalpolitie die in de gaten houdt of je wel de juiste modieuze termen gebruikt bij het aanduiden van kwetsbare groepen. Het staat ook onder druk vanwege rechts-conservatieve bewegingen, die vinden dat links-progressieve wetenschappers geen politieke uitspraken mogen doe en terug in hun ivoren toren moeten. Beiden zijn verschijnselen van hetzelfde fenomeen: in het publieke debat lijken we steeds langere tenen en overgevoeligheid voor kleine kwetsuren te krijgen.”

“Wat je in een weerbare democratie eigenlijk zou willen”, gaat Engelen verder, “is dat iedereen zich veilig genoeg voelt om zonder een teveel aan gevoeligheid andere opvattingen te kunnen aanhoren en incasseren. We moeten dus werken aan ons incasseringsvermogen, maar dat doen we nou juist niet. We zoeken veiligheid in het vinden van de correcte bewoordingen en het vermijden van onwelvoeglijke uitspraken en sluiten ons op in onze eigen, veilige bubble. Dat is de dood in de pot voor en levendig publiek debat.”

Elitaire hobby

Ook doet die nadruk op inclusief taalgebruik weinig voor de positie van minderheden binnen en buiten de academie, meent de financieel geograaf. “Veel wetenschappers in de sociale en geesteswetenschappen zijn opgeleid met de gedachte dat taal macht is, maar met een verandering van taalgebruik verander je nog niks aan de sociaaleconomische positie van minderheden. Het blijft daarmee dus vooral een elitaire hobby; opkomen voor de gepriviligeerden met een andere kleur maar de kwetsbaren negeren.”

“Als het je écht te doen is om betrokkenheid bij de kwetsbaren”, gaat hij verder, “dan ga je kijken hoe het zit met de arbeidsomstandigheden van de schoonmakers en cateraars in de bedrijven die door de universiteiten worden ingehuurd. Die zijn vaak slecht en de mensen die daar werken hebben bijna allemaal een migratie-achtergrond; daarover hoor ik dan weer weinig.”

De nadruk op correct taalgebruik samen met de angst voor lange tenen heeft volgens Engelen dus vooral negatieve gevolgen. Zowel op publieke fora als bij publiek toegankelijke lezingen van universiteiten wordt er volgens hem bewust of onbewust gecensureerd. Controversiële standpunten worden liever vermeden, en onderzoekers haken af uit angst om iets verkeerds te zeggen.

Guilty by association

Dat laatste ziet Engelen regelmatig gebeuren, ongeacht het onderwerp waaraan onderzoekers werken. “Zodra je bewust of onbewust een slippertje maakt in de termen die je gebruikt om groepen in de samenleving aan de te duiden, zie je als respons al heel snel dat je hele expertise van tafel geveegd wordt, en dat ook al je standpunten over andere onderwerpen via sociale media tot besmet gebied worden verklaard.”

“Ook bestaat er een argumentatiestrategie die ik guilty by association noem”, gaat hij verder. “Als je jezelf op één punt kritisch uitspreekt over een thema, behoor je al snel tot een bepaalde groep. Zegt je bijvoorbeeld iets over een coronamaatregel, dan ben je al snel een ‘wappie’, en ben je kritisch op een de Europese Unie, dan behoor je meteen tot de PVV-achterban. Met zulke labels ben je al snel geen serieuze deelnemer meer aan een rationeel vertoog. Een dat zonder dat je ooit is gevraagd naar je onderzoeksmateriaal of argumenten.”

Doe hier mee met ons onderzoek naar de vrijheid en veiligheid van wetenschappers

 

Totalitaire maatregelen

De manier waarop burgers reageren op uitspraken van wetenschappers helpt volgens Engelen ook niet. Van collega’s hoort hij vaak dat mensen de universiteit benaderen om te klagen over iemands uitspraken en te pleiten voor totalitaire maatregelen zoals iemands ontslag. “Dat is van een kinderachtigheid waar ik met mijn hoofd niet bij kan”, aldus Engelen. “Mijn werkgever, de Universiteit van Amsterdam, doet daar verder niet zoveel mee, maar het is een teken aan de wand dat de vrijheid van meningsuiting, en daarmee ook de academische vrijheid, onder vuur ligt.”

Desondanks denkt de UvA-professor dat de haatmail of fysieke agressie die onderzoekers als gevolg van dezelfde lange tenen direct vanuit het publiek kunnen ervaren, een groter probleem vormt voor het zich vrijelijk kunnen uitspreken dan de academische cancelcultuur. “Ik krijg regelmatig nare mailtjes van mensen die me uitschelden en bedreigen, en heb me ook wel eens fysiek bedreigd gevoeld”, zegt hij. “Ik blijf me gewoon uitspreken, maar die scheldpartijen doen echt wel wat met je. Er zijn geen cijfers, maar ik vermoed dat dat probleem heel groot is.”

Er zijn cijfers nodig

In de behoefte aan cijfers hierover staat Engelen niet alleen; ook wetenschappers, journalisten en politici hebben aangegeven te willen weten hoeveel procent van de wetenschappers vormen van intimidatie of andere beperkingen in hun vrijheid en veiligheid ervaren. ScienceGuide heeft daarom een enquête opgezet voor onderzoekers aan Nederlandse universiteiten, hogescholen en KNAW-instellingen, die nog één week kan worden ingevuld. Meedoen kan via deze link. De enquête is óók bedoeld voor wetenschappers die zich niet publiekelijk uitspreken of zich niet in de problematiek herkennen


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK