God droeg op zondagavond een blauwe trui

Nieuws | de redactie
21 maart 2008 | “Hoewel aanwezig in het publieke domein, heeft religie zich in haar traditionele vormen als een soort heilige rest teruggetrokken binnen de kerken, maar zij blijft zichtbaar in allerlei nieuwe gedaanten en op onverwachte plaatsen”. Aldus Fontys-lector Leo van der Tuin in zijn oratie.



“Het geluid van religies klinkt steeds vaker en steeds luider”, aldus het begin van een radioreclame van het Humanistisch Verbond, en er wordt ongetwijfeld gedoeld op de impact van de aanwezigheid van de Islam in Nederland.

De grote kerken worden leger en grijzer en trekken zich terug op hun oude waarheden. Daarbuiten vervagen de traditionele christelijke geloofsinhouden. God is in Nederland, maar zonder vaste woon- en verblijfplaats. Zijn adres is niet zonder meer de plaatselijke kerk,” sprak Joep de Hart bij de presentatie van het onderzoek God in Nederland in april 2007.

Met deze constateringen is in het kort weergegeven hoe het met de religie in de moderne Nederlandse samenleving is gesteld: hoewel aanwezig in het publieke domein, heeft zij zich in haar traditionele vormen als een soort heilige rest teruggetrokken binnen de kerken, maar zij blijft zichtbaar in allerlei nieuwe gedaanten en op onverwachte plaatsen.

“Het zindert en knispert van religiositeit, er is sprake van religieuze ruis in Nederland”, schreef de theoloog van Harskamp al in 1998. Er is nieuw engagement onder jongeren (Janssen 2007). In groten getale bezoeken ze de Wereldjongerendagen (enkele honderdduizenden, maar slechts 3.000 uit Nederland), komen zij bij elkaar op de EO jongerendag (50.000) en ontmoeten zij elkaar op de Katholieke Jongerendag (2500) (www.katholieknederland.nl 4 november 2007). Nieuwe leden treden toe tot de Katholieke Kerk (1.000 per jaar, www.katholieknederland.nl 9 november 2007) en de actie Kerkbalans bracht in 2007 weer meer op dan voorgaande jaren.

“God en religie zijn hip”, schrijft het tijdschrift Viva en spreekt over de ‘hutspotgod’ (Viva 38, 17-23 september 2007). De Volkskrant publiceerde in het katern Hart en Ziel onder andere een top tien van spiritualiteit (Volkskrant 27 oktober 2007). Abdijen zitten de weekenden vol met naar inkeer zoekende mensen, het symposium ‘De grote Stilte’ in Nijmegen was tot twee keer toe overtekend (www.ru.nl/soeterbeeckprogramma). 50% van de Nederlanders houdt de mogelijkheid van het bestaan van religieuze wonderen open (God in Nederland; Bekker 2007). Veel jongeren bidden. Er is een Maand van de Spiritualiteit (november 2007) en de film ‘Into Great Silence’ (2005), die het wel en wee volgt in de Grande Chartreuse (de vestiging van de Kartuizer Orde in de Franse Alpen) trok volle zalen. De begrafenis van André Hazes in de Arena (27 september 2004) trok 5 miljoen tv- kijkers. De ‘stille marsen’ als uiting van rouw en protest bij zinloos geweld behoren tot de nieuwe rituelen. Drie diskjockeys in een glazen huis kondigen al enkele jaren Kerstmis aan. Filmhelden als Harry Potter, Zeno uit ‘The Matrix’ en Frodo uit ‘The Lord of the Rings’ worden als Messiaanse verlossers van het kwaad afgeschilderd. De nieuwe communicatiemedia, met name de ‘communities’ (Hyves, Second Life) binnen internet en de sms-adresboeken op de handy’s lijken nieuwe ontmoetingsplaatsen te worden waar zin beleefd wordt en

betekenissen gegeven en uitgewisseld.

Op een heel andere wijze is religie sinds de aanslagen in New York (9/11/2001) en Madrid (11/3/2004) en de moord van Theo van Gogh (11/4/2005) terug in het maatschappelijk debat in Nederland en in Europa, waarbij het gaat om godsdienstvrijheid en de aanwezigheid van de Islam in de postmoderne

samenleving.

Men lijkt het er over eens te zijn: religie is weg, de werkelijkheid is geheel onttoverd. Religiositeit is echter weer terug, mensen blijven vragen, maar wel op een andere manier. Binnen de bestaande religies bestaat deze religiositeit vaak in orthodoxe en geradicaliseerde vorm. Buiten de gevestigde instituties en ook buiten de alternatieve stromingen is religiositeit geïndividualiseerd, gefragmenteerd, gebricoleerd, bij elkaar gesurft.

Maar hoe ziet dat eruit, die nieuwe religie? Of beter religiositeit, de beleving van religie; welke beelden en woorden worden dan gesproken, welke symbolen worden gebruikt, welke verhalen worden verteld, hoe wordt die nieuwe religiositeit gevierd? Ik gebruik hier de term religiositeit en niet religie, om elke associatie met institutionalisering te vermijden. Dat zijn de vragen die ik mij in deze oratie stel en die ik ook tot leidraad maak in het onderzoeksprogramma, dat ik hier ontvouw.

Leo van der Tuin, God droeg op zondagavond een blauwe trui


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK