De man met de hamer in hoger onderwijs

Nieuws | de redactie
12 september 2013 | Als jongens net zo succesvol studeerden als meisjes, waren er elk jaar 15.000 meer HBO en WO afgestudeerden. Veel verklaringen die hiervoor gegeven worden, zoals ‘feminisering van het onderwijs’, kloppen niet, concludeert prof. Claessen (OU).

Claessen voerde een verkennend onderzoek uit naar onderwijsloopbanen van jongens en meisjes in het basis-, voortgezet en hoger onderwijs. In het onderzoeksrapport ‘Meisjessucces of jongensprobleem?’ laat hij zien waar jongens in het onderwijs op achterstand raken. Hij analyseert wat de impact is op de samenleving en verkent mogelijke oplossingen.

Verschil vanaf voortgezet onderwijs

In het basisonderwijs is er geen sprake van achterstand van jongens. “De Cito-toets wordt door jongens zelfs iets beter gemaakt,” benadrukt Claessen. Het verschil in prestaties treedt pas op in het voortgezet onderwijs. In 2011 slaagden respectievelijk 4% meer meisjes dan jongens voor de havo en 8% meer meisjes voor het vwo.

In het hoger onderwijs lijkt voor de mannen ‘de man met de hamer’ voorbij te komen; “Van de ongeveer 125.000 mensen die jaarlijks in het hoger onderwijs afstuderen, zijn 70.000 vrouw en 55.000 man. Een verschil van 12%. Als de mannen het net zo goed zouden doen als de vrouwen, hadden we jaarlijks 15.000 diploma’s meer. Dat is belangrijk voor een land dat een kenniseconomie wil zijn.”

Gevolgen en oplossingen

Claessen constateert dat jongens het niet alleen in Nederland slechter doen, maar in heel Europa. Deze ontwikkeling heeft gevolgen voor vraag en aanbod op de arbeidsmarkt, voor de arbeidsparticipatie, de feminisering van specifieke beroepen en andere sociaal- economische en culturele ontwikkelingen.

Mogelijke verklaringen, zoals de oververtegenwoordiging van vrouwelijke leerkrachten in het basisonderwijs of gemengd onderwijs, blijken geen hout te snijden. Daardoor is het niet eenvoudig of ‘eenvormig’ het probleem op te lossen. Scholen en leraren kunnen echter het verschil maken. Uit onderzoek op VO-scholen blijkt dat jongens en meisjes gelijk presteren in omgevingen die enerzijds een heldere structuur bieden en anderzijds ruimte bieden voor eigen initiatief van leerlingen en ze ook eigen verantwoordelijkheden geven.

Tijd voor actie

Aandacht voor de problematiek in het hoger onderwijs is Claessen nog niet in de wetenschappelijke literatuur tegengekomen. Hij pleit dan ook voor nader onderzoek om inzicht te krijgen waarom het mis gaat.

“De registratie van onderwijsstromen in Nederland is van hoog niveau. Wat we tot op heden verzuimd hebben, is deze gegevens in detail en voor alle onderwijssectoren te ordenen en analyseren vanuit het perspectief van sekse.” Naast verder onderzoek is het tijd voor actie. “Als we de ontwikkeling van mannen die steeds meer achterop raken vol verwondering, maar zonder handelen blijven aanzien, wordt het probleem alleen maar grote.”


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK