Leraar uit comfortzone

Nieuws | de redactie
9 oktober 2013 | De VU is een samenwerkingsverband gestart met 32 basisscholen. Gezamenlijk willen zij veel meer gebruik gaan maken van onderwijsonderzoek in het basisonderwijs. Op deze manier gaat er een verbinding gelegd worden tussen onderzoek en onderwijspraktijk.

De Vrije Universiteit Amsterdam is nauw betrokken bij de inrichting van een academische werkplaats: een proeftuin voor praktijkgericht onderwijsonderzoek. Binnen deze omgeving werken leerkrachten en wetenschappers samen aan ontwikkeling, innovatie en toepassing van wetenschappelijke inzichten op het gebied van onderwijs.

Daarom doen een leerkracht en een directeur van Stichting Flore, een samenwerkingsverband van 32 basisscholen in Noord-Holland, een dag in de week onderzoek bij het Centrum Brein & Leren van de VU. Zij doen dit naast hun werk in het basisonderwijs.

Leerkracht ontdekt onderzoek

Het Centrum Brein & Leren en Stichting Flore willen met dit project een onderzoekende cultuur binnen het basisonderwijs bevorderen en zo de kwaliteit van het onderwijs duurzaam vergroten. Dat kan helpen de talenten van de kinderen optimaal te benutten. Leerkrachten worden gevoed met de laatste wetenschappelijke ontwikkelingen op het gebied van onderwijsonderzoek en draaien mee in het testen en bijsturen van veranderingen.

Onderzoekers hebben op hun beurt toegang tot onderzoekspopulaties en kunnen de bruikbaarheid en relevantie van hun onderzoek direct toetsen in praktijk. Voorzitter Adrie Groot van de Stichting Flore ziet veel winst in het stimuleren van een academische houding. “De leerkracht leert en ontdekt zelf door onderzoek te doen en verspreidt deze manier van werken en denken onder collega’s.”

Wat kan ik daarvan leren?

Annemarie Trouw is directeur van de Sint Maarten school in Limmen en gaat zich in dit project bezighouden met ‘Talentontwikkeling en neurocognitief functioneren bij basisschoolkinderen.’ Dat is  een onderzoek van VU-hoogleraar Jelle Jolles. Trouw vindt het verrijkend om op een ander niveau te werken: “Uit de comfortzone, reflecteren op wat je doet en werken aan nieuwe inzichten met als doel beter basisonderwijs.”

Caroline Apeldoorn, leerkracht aan de Benedictusschool in Heiloo, gaat meedraaien in een onderzoeksproject van VU-hoogleraar Lydia Krabbendam over hoe kinderen emoties benoemen en hoe ze die herkennen bij zichzelf en bij anderen. Apeldoorn wil vooral leren hoe onderzoek doen werkt. “Wat doen ze dan precies bij de VU? Wat kan ik daarvan leren en wat kan ik met mijn praktijkervaring bijdragen?”

Vorig schooljaar waren Trouw en Apeldoorn twee van de veertien leerkrachten die meededen aan de start van het samenwerkingsproject. Zij werden gekoppeld aan een onderzoeker en gingen binnen hun eigen school met een eigen onderzoeksvraag aan de slag. De resultaten zijn gebundeld in een publicatie: ‘Onderzoek en onderwijs; een vruchtbare combinatie‘, die in juni aan de PO-raad werd aangeboden

De Vrije Universiteit Amsterdam is nauw betrokken bij de inrichting van een academische werkplaats: een proeftuin voor praktijkgericht onderwijsonderzoek. Binnen deze omgeving werken leerkrachten en wetenschappers samen aan ontwikkeling, innovatie en toepassing van wetenschappelijke inzichten op het gebied van onderwijs.

Daarom doen een leerkracht en een directeur van Stichting Flore, een samenwerkingsverband van 32 basisscholen in Noord-Holland, een dag in de week onderzoek bij het Centrum Brein & Leren van de VU. Zij doen dit naast hun werk in het basisonderwijs.

Leerkracht ontdekt onderzoek

Het Centrum Brein & Leren en Stichting Flore willen met dit project een onderzoekende cultuur binnen het basisonderwijs bevorderen en zo de kwaliteit van het onderwijs duurzaam vergroten. Dat kan helpen de talenten van de kinderen optimaal te benutten. Leerkrachten worden gevoed met de laatste wetenschappelijke ontwikkelingen op het gebied van onderwijsonderzoek en draaien mee in het testen en bijsturen van veranderingen.

Onderzoekers hebben op hun beurt toegang tot onderzoekspopulaties en kunnen de bruikbaarheid en relevantie van hun onderzoek direct toetsen in praktijk. Voorzitter Adrie Groot van de Stichting Flore ziet veel winst in het stimuleren van een academische houding. “De leerkracht leert en ontdekt zelf door onderzoek te doen en verspreidt deze manier van werken en denken onder collega’s.”

Wat kan ik daarvan leren?

 Annemarie Trouw is directeur van de Sint Maarten school in Limmen en gaat zich in dit project bezighouden met ‘Talentontwikkeling en neurocognitief functioneren bij basisschoolkinderen.’ Dat is een onderzoek van VU-hoogleraar Jelle Jolles. Trouw vindt het verrijkend om op een ander niveau te werken: “Uit de comfortzone, reflecteren op wat je doet en werken aan nieuwe inzichten met als doel beter basisonderwijs.”

Caroline Apeldoorn, leerkracht aan de Benedictusschool in Heiloo, gaat meedraaien in een onderzoeksproject van VU-hoogleraar Lydia Krabbendam over hoe kinderen emoties benoemen en hoe ze die herkennen bij zichzelf en bij anderen. Apeldoorn wil vooral leren hoe onderzoek doen werkt. “Wat doen ze dan precies bij de VU? Wat kan ik daarvan leren en wat kan ik met mijn praktijkervaring bijdragen?”

Vorig schooljaar waren Trouw en Apeldoorn twee van de veertien leerkrachten die meededen aan de start van het samenwerkingsproject. Zij werden gekoppeld aan een onderzoeker en gingen binnen hun eigen school met een eigen onderzoeksvraag aan de slag. De resultaten zijn gebundeld in een publicatie: ‘Onderzoek en onderwijs; een vruchtbare combinatie‘, die in juni aan de PO-raad werd aangeboden.


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK