Volgende stap in evolutie kwaliteitscultuur
Onlangs werd bekend dat Vlaanderen pilots gaat uitvoeren met instellingsaccreditaties. Vlaamse HO-instellingen die meedoen aan deze pilot komen niet in aanmerking voor opleidingsaccreditaties. Dit alles is bedoeld om de planlast voor instellingen te verminderen. De Vlaamse onderwijsraad heeft enthousiast gereageerd op dit plan, zo laten ze in een advies aan de Vlaamse regering weten.
Onlangs op het NVAO-congres in Brussel zei minister Bussemaker over deze nieuwe Vlaamse aanpak het volgende. “Ik wil dat docenten eigenaarschap hebben in het onderwijs en dit vereist in HBO en WO ook actieve studenten die daarbij betrokken zijn. Zij doen dit samen op het niveau van de opleiding. Dan is het goed als ook op dat niveau een organisatie ‘langs komt’, die met ‘peers’ kan vragen of alles goed loopt en hoe ze van elkaar kunnen leren.”
Nieuw elan en nieuwe dynamiek
De VLOR laat nu weten dat de overgang naar een instellingsaccreditatie ongetwijfeld zorgt voor een nieuw elan en een nieuwe dynamiek. De keuze voor een instellingsaccreditatie is dan ook een logische volgende stap in kwaliteitscultuurevolutie. Op die manier krijgen instellingen de kans om op een continue manier aan kwaliteitszorg te werken.
De Vlor is tevreden met de vereenvoudiging die het nieuwe systeem inhoudt. De combinatie van een instellingsreview met een opleidingsbeoordeling bleek immers een zware werkbelasting. De raad vindt het ook positief dat de instelling zelf kan kiezen om al dan niet in het nieuwe systeem in te stappen.
Onafhankelijke input waardevol
De pilots zijn bedoeld om van elkaar te leren. Het voorontwerp van het decreet laat de precieze invulling van het proces onbenoemd en geeft de instellingen de mogelijkheid om de regiefunctie zelf in te vullen. De Vlor apprecieert deze werkwijze en is er voorstander van dat instellingen, NVAO, stakeholders en overheid samenwerken om het uiteindelijke kwaliteitszorgsysteem gedurende de volgende jaren in te vullen en verder te ontwikkelen.
Het feit dat instellingen zelf de regie krijgen over de borging van de kwaliteit van de opleidingen, ontslaat hen niet van de verplichting om daarop permanent en op eigen initiatief toe te zien. De Vlor gaat ervan uit dat zij dit doen in overleg met hun stakeholders, zoals studenten, personeel, deskundigen en het beroepenveld. Een instelling kent haar eigen opleidingen het best, maar dit neemt niet weg dat externe, onafhankelijke input waardevol blijft.
Effectief een beperking
De Vlor is het eens met het uitgangspunt van de overheid dat de betrokkenheid van studenten bij de kwaliteitszorg hoger onderwijs essentieel is. Er wordt terecht veel belang gehecht aan de rol van de studenten en hun vertegenwoordigers in alle fasen van het kwaliteitszorgproces en op alle niveaus van de instelling en het hoger onderwijs.
De Vlor verwacht dat in eerste instantie de financiële inspanningen en de werkbelasting in de instellingen niet zullen verminderen. Het volledig nieuw systeem vraagt ongetwijfeld een organisatorische reorganisatie. De Vlor vindt het belangrijk dat van nabij bewaakt wordt dat de wijzigingen effectief een beperking van de planlasten een vermindering van de financiële belasting betekenen.
Meest Gelezen
Masterstudenten in het hbo worstelen met academisch schrijven en onderzoek
“Ik zal niet de meest populaire onderwijsminister zijn”
Stop met studentevaluaties: ze bedreigen de academische vrijheid
“Langstudeerboete raakt kern van hoger onderwijs”
CvB Erasmus Universiteit weigert tweetalig te vergaderen met medezeggenschap