“Als hoger onderwijs nu niet in ICT investeert, missen we de boot” 

Interview | door Tom ter Horst
7 maart 2023 | Nederland moet per direct investeren in de ICT-ontwikkelingen van morgen; anders missen we de boot en moeten we deze kennis later tegen een veel hogere prijs terugkopen, zonder de mogelijkheid om de richting ervan te beïnvloeden. Dit is de boodschap van een manifest dat is opgesteld door de penvoerders van Future Computer and Network Systems (FCNS), een Special Interest Group (SIG) van het ICT Research Platform Nederland (IPN). Voor het hoger onderwijs zijn voornamelijk de investeringen in ICT-staf en -infrastructuur, het ICT-onderwijs in alle vakgebieden en het voorstel tot een nationaal curriculum in ICT van belang.
Prof. Alexandru Iosup (VU). Beeld: Ivar Pel

ScienceGuide sprak met prof. dr. ir. Alexandru Iosup (VU), mede-auteur van het manifest, over ICT in het bijzonder en de wetenschapscultuur in het algemeen. Laatstgenoemd onderwerp komt aan bod in een afzonderlijk artikel; onderstaand is alle ruimte voor een gesprek over de ICT-toekomst.  

Big Tech staat niet in dienst van de samenleving

In het manifest ‘Future Computer Systems and Networking Research in the Netherlands’ spat de urgentie van de vijftig bladzijden. Investeren in computersystemen en netwerken (samen ‘compsys’) is namelijk essentieel voor de gehele samenleving, legt prof. Iosup graag uit. “Twee derde van de economie is dagelijks afhankelijk van computersystemen. De rest is indirect afhankelijk. Compsys is door de samenleving verweven, maar investeringen zijn zowat gestopt na het eerste decennium van de 21e eeuw. We hebben dit overgelaten aan Big Tech, maar die staat niet in dienst van de samenleving.”  

We bevinden ons momenteel op een technologisch breekpunt, waar nieuwe ontwikkelingen samenkomen in een systeemverandering, stelt Iosup. “We naderen het eind van Moore’s Law, waarin de capaciteit van computerchips elke anderhalf jaar ongeveer verdubbelde. In plaats daarvan krijgen we gedistribueerde systemen, waarin specialistische computers samen aan taken werken. In combinatie met het aanstaande 6G-netwerk worden computersystemen zo veel sneller, efficiënter en energiezuiniger. De infrastructuur daarvoor moeten we echter weer vanaf de grond opbouwen, op nieuwe principes, met nieuwe technieken en via nieuwe ontwerpprocessen.”  

Dat opbouwen kost geld. Het manifest heeft het over 355 miljoen euro voor de komende tien jaar. Iosup plaatst dit bedrag echter in perspectief. “De keuze is simpel: of je profiteert van de eerste golf investeringen, of je moet de technologie later inkopen voor drie à vier keer de prijs. Als het Nederlandse bbp 1 triljoen is, en twee derde van de economie is gekoppeld aan ICT, dan is het rendement enorm. Elke euro investering in compsys levert tien tot vijftien keer zo veel aan rendement op. Ook volgens het CBS is ICT een van de meest prominente economische sectoren om in te investeren.”  

Met een muisklik kun je een heel bos platbranden

Investeringen moeten niet alleen plaatsvinden in de ICT-infrastructuur maar ook in onderwijs. Het manifest vraagt om meer compsys-studenten, meer ICT-kennis bij bètastudenten en meer samenwerking met andere vakgebieden. Als ICT in elke vezel van de samenleving verweven is, zijn basale ICT-vaardigheden – net als wiskunde – dus overal nodig, vindt Iosup. “Met een enkele muisklik kun je een heel bos platbranden omdat de krachtige computersystemen en netwerken van nu zoveel elektriciteit kunnen verbruiken. Als je echter wist wat je deed en wist wat de consequenties waren, zou je wellicht niet klikken.”  

Bij inschrijving ga je akkoord met onze privacy-voorwaarden. Deze voorwaarden zijn hier te lezen.

De vergelijking met wiskunde gaat ook op voor de wens om een ‘nationaal curriculum’ voor ICT te creëren. Hierin staat vast welke basiskennis (bachelor)studenten ICT op alle universiteiten dienen te hebben. Per universiteit en masteropleiding kunnen individuele expertises dan het verschil maken, zegt Iosup. “Het unieke docentschap moet wel behouden worden. Ook blijven de instellingen zo geloofwaardig en onafhankelijk. Tegelijkertijd wordt stafmobiliteit tussen instellingen makkelijker, wat fijn is met de enorme studenteninstroom. We kunnen al die studenten niet goed begeleiden zonder ze over de instellingen te spreiden.”  

Behalve studenten in compsys zelf vestigt het manifest ook de aandacht op co-creatie in het onderzoek met andere vakgebieden. Daar heeft ICT tevens een rol te spelen, stelt Iosup. “Compsys-ingenieurs moeten zich bewust zijn van ontwikkelingen in de gezondheidszorg of de natuurkunde om te kunnen assisteren. Andersom geldt ook dat topsectoren niet voorbij kunnen gaan aan compsys als deel van het instrumentarium en als reden tot heroverweging van kernontwikkelingen in hun vakgebied. Als je ICT elders integreert, dan gaan de sectoren zelf de belangen van computergebruik afwegen. Ontwikkel ICT dus niet in isolatie, maar in onderlinge verbondenheid.”  

Ik doe mijn vak uit passie

Als er nu geen investeringen in ICT komen, dreigt er volgens Iosup een leegloop van talent onder staf en studenten. “De elite van internationale studenten verdwijnt dan, want zij hebben veel andere mogelijkheden. Bij staf krijgt de top elk jaar een andere aanbieding om weg te gaan, vaak naar Big Tech. Ik doe mijn vak uit passie en niet om het geld, maar als mijn werk niet gerespecteerd wordt binnen wat ik menselijk aanvaardbaar vind, ga ik ergens anders naartoe.”  

Voor Iosup heeft Big Tech dan weinig aantrekkingskracht, dat geldt niet voor al zijn vakgenoten. Bij zijn VU-team is men echter terughoudend in samenwerken met Silicon Valley zonder duidelijke grenzen. “Big Tech levert een grote bias op in de onafhankelijkheid van onderzoek. Kun je garanderen dat er geen invloed is op vragen en antwoorden die naar voren komen? Ons uitgangspunt is: doe het niet als het niet in het publieke belang is. Wij spreiden het risico liever over meerdere, kleinere technologiebedrijven of via wereldwijde ontwikkelingsorganisaties. Hieraan nemen veel bedrijven deel, wat hun individuele vooringenomenheid compenseert.”  

De belangenverstrengeling aan universiteiten kan zelfs zo ver gaan dat het voor een academische promotie aantrekkelijk kan zijn om in je narratief cv gewag te maken van sponsoring door Big Tech, suggereert Iosup. “Dat wekt vaak meer vertrouwen voor de toekomstige fondsenwerving dan kleinere bedrijven. De betrokkenheid van het mkb zorgt echter voor meer binding met de samenleving. Zo is onderzoek meer extern dan intern gericht.”  

ChatGPT is gevaarlijk voor studenten

Een recent voorbeeld van technologische ontwikkeling met rafelrand is het gebruik van ChatGPT en vergelijkbare kunstmatige intelligentie. Sommige studenten weten de taalsoftware gretig te vinden, maar Iosup uit zijn zorgen over dit programma. “Het niveau van verfijndheid is dat van Facebook: de informatie is zeer onbetrouwbaar. Het heeft echter wel de pretentie van volledige betrouwbaarheid, terwijl de tekst niet valide of correct hoeft te zijn. Het is gevaarlijk voor studenten, en iedereen die niet genoeg expertise heeft, om deze hulpmiddelen nu te gebruiken als basis voor het leren. Als academia moeten wij optreden tegen desinformatie.”  

We moeten volgens Iosup ook onthouden dat ontwikkelingen zoals ChatGPT niet een publiek doel dienen. Terwijl onze gegevens deze algoritmen voeden, spelen privacy- en auteursrechtaspecten soms ook een rol. “Nu vertoont kunstmatige intelligentie nog kinderziekten. Ooit wordt de informatie betrouwbaar en zal de toepassing ervan convergeren, zodat het systeem alomvattend is. Kunstmatige intelligentie is echter niet gratis en Big Tech draait niet om liefdadigheid. We moeten ons dus afvragen wat de prijs is die we betalen, liever vandaag dan gisteren.”  

We hebben niet genoeg infrastructuur 

Het genoemde manifest schetst echter een alternatief voor de dominantie van Big Tech. Iosup en consorten bepleiten een eigen Nederlandse en Europese compsys-infrastructuur. “We willen allemaal de technologie, maar we hebben geen infrastructuur. Als Nederland kunnen we niet concurreren met de schaal van de VS, maar we kunnen wel de lokale componenten van infrastructuur en onderzoek op Europees niveau verbinden. Zo presenteren we meteen een casus aan het Europese mkb om mee te doen.” 

Het probleem is dat Nederland nog weinig deelneemt aan Europese tech-initiatieven, in tegenstelling tot het grootste en belangrijkste deel van de EU. Daardoor dreigt het gevaar dat uitcomputeren leidt tot uitconcurreren. Volgens Iosup moet Nederland meteen investeren in opkomende ICT-onderzoeksplatforms op EU-niveau, zoals SLICES. Ook moeten we, in navolging van andere leidende landen zoals Duitsland en Frankrijk, meer investeren in geavanceerde ICT-infrastructuur voor de wetenschap – bijvoorbeeld in SURF. “Nederland kan niet zeggen dat het niet is gewaarschuwd. De vorige kans met het EuroHPC-computernetwerk hebben we ook gemist. Als we nu niet meedoen, dan liggen we eruit. De keuze is aan de regering; als we nu betalen, krijgen we een veelvoud van het rendement.”  

Los van de financiële overwegingen kleven er natuurlijk legio risico’s aan de technologie van de toekomst. Zo dreigt er het gevaar van sociale exclusie, zegt Iosup. “Twee miljoen Nederlanders hebben moeite met ICT-toegang. Als alles digitaal is, vallen zij tussen wal en schip. Ook is ICT vervuilend en energie-intensief. Voor koelkasten heb je dan labels over productie en consumptie. Misschien moeten we dat voor grootschalige computersystemen en netwerken ook hebben. Nu zijn de technologische risico’s nog alarmsignalen, maar het gaat gebeuren.”  

Wat in 1990 een mens deed, is nu onmogelijk

Het punt dat de technologische ontwikkeling niet tegengehouden kan worden, is belangrijk voor Iosup. “Nederland is niet groot genoeg om die ontwikkeling te ontlopen. Dat station is gepasseerd. Dan kunnen we beter zorgen dat het goed werkt voor de Nederlandse samenleving. De schaal, de diversiteit en de snelheid van compsys is niet meer hanteerbaar door mensen. Wat in 1990 een mens deed, is nu onmogelijk. Die situatie is al de realiteit.”  

Iosup gebruikt het voorbeeld van de transportsector. “Taak- en voorraadbeheer werkt via automatische algoritmes op bovenmenselijke schaal. In zekere zin zijn deze algoritmes zelfbewust, want ze incorporeren de staat van het systeem. Deze systemen zijn in toenemende mate zelflerend. Zo’n zelfbewust systeem kan dan rapporteren aan de mens wat het effect van een beslissing is. Dat kunnen wijzelf niet overzien. Zo voorkomen we het voorbeeld van de bosbrand met een muisklik. Technologie kan de mens helpen met goede beslissingen, maar we moeten wel in de loop blijven.”  

Een oplossing voor de gevaren van kunstmatige intelligentie is regulering, wat Iosup noemt als een ‘verdedigingsmechanisme van de democratische samenleving’. “De financiële sector is nog veel complexer, maar die hebben we ook gereguleerd. Innovatie lijdt weliswaar onder regulering, maar kan ook floreren onder het beperkte risico van start-ups. De discussie bestaat al over hulpmiddelen die van belang zijn voor de samenleving. Dat vereist echter betrokkenheid, want het gevaar is dat de mens de ogen sluit voor de risico’s. Wees echter gerust: de glanzende vooruitgang van vandaag is slechts één stap in de lange geschiedenis van de technologie. Dit is niet de eerste ontwikkeling, en het zal niet de laatste zijn.” 


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK