‘Nederland koploper internationalisering – maar wat betekent dat?’

Opinie | door Michèle Wera
8 december 2023 | Nederland manifesteert zich op het gebied van Engelstalig hoger onderwijs als een onbetwiste koploper in Europa, schrijft NVAO-beleidsmedewerker Michèle Wera. Tegelijkertijd blijkt internationalisering tegen grenzen aan te lopen. Wellicht past Nederland in de toekomst een meer bescheiden rol, aldus Wera.
Beeld: Red Morley Hewitt

Het contrast kan niet groter zijn: terwijl het European Quality Assurance Forum (EQAF) van 2023 in het teken staat van de internationalisering van het hoger onderwijs, viert de rechtse politieke stroming haar verkiezingsoverwinning en zet ze zich juist af tegen deze internationalisering. Opmerkelijk genoeg uiten zelfs de progressievere partijen, waaronder demissionair minister Dijkgraaf, nu hun bedenkingen over de ontwikkelingen rond internationalisering, vooral binnen de universitaire context.

Tekenend voor de verregaande internationalisering van het hoger onderwijs is de fikse Nederlandse vertegenwoordiging tijdens EQAF 2023 in Aveiro, waar het jaarlijkse hoogtepunt van kwaliteitszorg plaatsvond. Ruim veertig van de ongeveer 420 congresgangers, oftewel tien procent, was afkomstig uit Nederland. Hoewel het organisatiecomité geografische spreiding van de sprekers nastreefde, voerde Nederland ook hier de boventoon. We verzorgden maar liefst acht van de 41 sessies. Voor de opening tekende eveneens een Nederlander.

Internationalisering levert geld op

Kennelijk voelen wij de behoefte om uit te pakken met onze verdiensten op het internationale toneel, ondanks of juist omwille van de politieke tegenwind. Nederland manifesteert zich als de onbetwiste koploper in Europa op het gebied van Engelstalig hoger onderwijs. In eigen land keert de publieke opinie zich inmiddels echter tegen het groeiende aantal buitenlandse studenten. 

Tegelijkertijd doet Ierland inspanningen om juist meer internationale studenten aan te trekken door een uitgekiend International Education Mark (IEM). Dat label moet garant staat voor een kwaliteitsvolle leerervaring van de individuele student. Financiële overwegingen spelen daarbij een zwaarwegende rol: vooral studenten van buiten de EU genereren immers aanzienlijke extra middelen. 

Dat is geen geheim, en dit fenomeen is niet beperkt tot Ierland. In het Verenigd Koninkrijk, bijvoorbeeld, vertegenwoordigt het collegegeld van niet-EU-studenten momenteel twintig procent van het totale inkomstenplaatje van universiteiten. Vergelijkbare geluiden hoorden we eerder, ook en vooral bij onze Oost-Europese collega’s.

Projecten in Afrika en Azië

Tegen de achtergrond van de groeiende onrust over internationalisering past Nederland enige terughoudendheid. Een congresbijdrage over het bijzondere onderwijsaspect van internationalisering, het zogenaamde CeQuint-keurmerk, mag dan enigszins interessant zijn voor Spaanse of Duitse universiteiten in de regio, in de Nederlandse context is het volkomen achterhaald. Als de balans te ver doorslaat, is een kritische houding noodzakelijk. Komt internationalisering de kwaliteit van het onderwijs nog ten goede? Of hebben we een keerpunt bereikt en lopen we het risico ten onder te gaan aan het eigen succes? 

Bij inschrijving ga je akkoord met onze privacy-voorwaarden. Deze voorwaarden zijn hier te lezen.

De wekelijkse nieuwsbrief is nog korte tijd gratis te ontvangen. De voorwaarden vindt u hier.

Internationalisering loopt tegen haar grenzen aan, letterlijk en figuurlijk, en dat verklaart allicht de vele initiatieven buiten Europa. Congresgangers uit onder andere Oostenrijk, het Verenigd Koninkrijk en Ierland presenteerden hun grootschalige projecten in Afrika en Azië. 

Ook mijn bijdrage ging over een NVAO-project in de Koerdische regio in Irak. De discussie verplaatste zich al snel naar de risico’s van een neokoloniale insteek en de toepasbaarheid van de ESG, de Standards and Guidelines for Quality Assurance in the European Higher Education Area, op andere continenten. Vertrouwen, transparantie, studentenparticipatie, academische integriteit en kwaliteitszorg zijn de pijlers van het Bologna-proces. Of het hoger onderwijs in Erbil, Maputo of Jakarta dezelfde waarden aanhangt, moet nog blijken.

Nederland past een meer bescheiden rol in internationalisering

In de slotbijeenkomst in Aveiro wees Douglas Blackstock, de voorzitter van de European Association for Quality Assurance in Higher Education (ENQA), terecht op het gevaar van ‘fake’ universiteiten, opleidingen, examens, diploma’s, kwaliteitszorgorganisaties, accreditatieagentschappen, enzovoorts. De World Federation for Medical Education (WFME) heeft al stappen ondernomen om dit aan te pakken. Met een doelgericht programma wil de WFME de wildgroei van dubieuze artsenopleidingen bestrijden. Tijdens een gezamenlijke sessie hebben de WFME en de NVAO de principes achter deze inspanningen nogmaals toegelicht.

Hoe het nepaanbod van hoger onderwijs tegen te gaan lijkt me een zinvol thema voor een volgende EQAF-bijeenkomst. Eerst gaan we echter naar Enschede, want 2024 brengt EQAF naar de Technische Universiteit Twente. Daar zal een aanzienlijke Nederlandse vertegenwoordiging opnieuw verzekerd zijn. 

Misschien kunnen we overwegen om volgend jaar een beperktere delegatie per instelling toe te staan, en dat eveneens te laten gelden voor de NVAO. Meer bescheidenheid op het internationale podium past ons nu.


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK