Bestuurders TU Delft schermen met aftreden, maar kiezen voor confrontatie met Inspectie 

Nieuws | door Frans van Heest
4 maart 2024 | De bestuurders van de TU Delft hebben de Onderwijsinspectie gewaarschuwd dat het zeer kritische Inspectierapport over sociale veiligheid hen een schietschijf maakt voor journalisten en criticasters. Daarom boden de Raad van Toezicht en het College van Bestuur eensgezind uit alle macht verzet tegen de aantijgingen die hen zelf betroffen. Dit blijkt uit weggelakte passages in de reactie van Delft op het conceptrapport. De definitieve vorm kwam er toch. De Delftse bestuurders kozen daarom de aanval door het rapport – zonder medeweten van de Inspectie – afgelopen vrijdag zelf openbaar te maken.
Beeld: Myko M.

“U moet doordrongen zijn (of: zou dat moeten zijn) van het feit dat media onmiddellijk op zoek gaan naar ‘schuldigen. Het beoogde rapport zal grote aandacht van media, opiniemakers en politiek krijgen. Dit zal consequenties hebben voor de reputatie van de universiteit (en ook voor die van uw Inspectie, maar dat terzijde)”, zo luidde de waarschuwing van het College van Bestuur (CvB) van de TU Delft aan de Onderwijsinspectie. Aanleiding was de komst van het vorige week uitgekomen rapport over wanbeheer op de technische universiteit. De TU Delft heeft het conceptrapport uitvoerig weerlegd en is door de Inspectie gevrijwaard voor financiële malversaties.  

Minister dreigt bestuurlijk in te grijpen 

Vorige week vrijdag bracht de TU Delft zelf een zeer kritisch Inspectieverslag naar buiten over de sociale veiligheid op de universiteit. Die publicatie was niet overlegd met de Onderwijsinspectie zelf en vond plaats voordat de minister het rapport aan de Kamer kon sturen. Dat deed Dijkgraaf later op de vrijdag wel, en hoewel de ambtenaren van OCW de minister er attent op maken dat de TU Delft het rapport bij de rechter gaat aanvechten, lijkt de minister daaraan in zijn brief aan de Kamer weinig boodschap aan te hebben. Hij roept de Delftse bestuurders en toezichthouders op om de aanbevelingen van het rapport volledig op te volgen. Doen ze dat niet, dan dreigt de minister bestuurlijk in te grijpen.

Bij inschrijving ga je akkoord met onze privacy-voorwaarden. Deze voorwaarden zijn hier te lezen.

Het rapport signaleert wanbeheer van het Delftse CvB met betrekking tot de sociale veiligheid. Veel (oud-)medewerkers van de TU Delft, doorheen de gehele organisatie, blijken sociale onveiligheid te hebben ervaren. Zo maakt de Inspectie melding van seksuele intimidatie in de vorm van opmerkingen en avances richting vrouwen, die alleen maar heviger worden als de slachtoffers er iets van zeggen.   

Melders vooral vrouw, leidinggevenden kiezen kant van plegers 

Vrouwen liggen bij de TU Delft onder de loep, schrijft de Inspectie op basis van gesprekken met werknemers; zij moeten beter presteren dan mannen en worden minder serieus genomen. Zo ervaren vrouwen dat zij minder op hun prestaties worden beoordeeld dan mannen, en meer op hun vrouw-zijn. Ook geven melders aan dat mannen bij gelijke of mindere prestaties gemakkelijker promotie maken dan vrouwen. Hoewel vrouwen in de minderheid zijn op de TU Delft, kwam een groot deel van de 146 klachten bij de Onderwijsinspectie van vrouwen. 

Daarnaast werd melding gemaakt van racisme en schreeuwen door leidinggevenden. Wie melding maakte van sociale onveiligheid, kreeg vervolgens boze leidinggevenden op het dak. Verder spreekt de Inspectie van schendingen van de wetenschappelijke integriteit.  

“Als iemand lager in de hiërarchie de verantwoordelijken vervolgens hierop aansprak, kreeg deze persoon zelf te maken met intimidatie en uitsluiting”, staat in het Inspectierapport. In deze gevallen verergert de situatie omdat de leidinggevende de kant kiest van degene die verantwoordelijk is voor de onveilige situatie, of omdat de leidinggevende zelf ook sociaal onveilig handelt, zo zegt de Inspectie. 

Ook CvB en RvT van TU Delft hebben bedreigingen geuit 

Melders zagen hun casussen als onderdeel of uiting van een groter probleem in de organisatie. Het bestuur van de TU Delft ziet sociale veiligheid en de problemen daarmee echter als casuïstiek, schrijft de Inspectie. Bovendien hebben het College van Bestuur en de toezichthouders zich ook schuldig gemaakt aan intimidatie en bedreiging. Er is zelfs tot op de dag van vandaag een “verhoogd risico dat dit weer kan gebeuren”, staat in het rapport. “De inspectie heeft een aantal incidenten van ervaren intimidatie en/of bedreiging geconstateerd door (een) (voormalig) bestuurder(s) en een voormalig toezichthouder.” 

Acties en uitspraken door het CvB hebben geleid tot een grotere ervaren sociale onveiligheid bij de personen waarmee de Inspectie sprak, schrijft de toezichthouder. Daarnaast leeft het onderwerp ‘sociale veiligheid’ meer bij directeuren en decanen dan bij het CvB. “Het College van Bestuur zou er daarmee voor hebben gezorgd dat mensen zich minder vrij voelen om hun mening te geven en anderen aan te spreken op hun gedrag.” 

Weggelakte passages in reactie TU Delft op conceptrapport

In november heeft de Onderwijsinspectie een conceptrapport opgesteld, waarop de TU Delft in een lijvig document uitvoerig kritiek heeft geleverd. Dit document is afgelopen vrijdag online gepubliceerd door de TU Delft, hoewel een aantal passages zijn weggelakt. ScienceGuide heeft de weggelakte passages echter kunnen inzien. 

De weggelakte stukken gaan over conflicten binnen het bestuurscollege en de wens van de Raad van Toezicht om een CvB-lid te ontslaan. Daarnaast wordt uitgebreid stilgestaan bij de kwestie rondom hoogleraar Kouwenhoven en zijn onderzoek naar het zogeheten ‘Majorana-deeltje’. Na lang onderzoek bleek dat hij onzorgvuldig had gehandeld. Ook wordt er melding gemaakt van twee ongegronde integriteitsklachten tegen bestuursvoorzitter Tim van der Hagen.  

Communicatiebureau adviseerde aanpassing

Het Delftse CvB heeft op basis van het conceptrapport van de Inspectie niet alleen advocatenkantoor Stibbe ingehuurd, maar ook een communicatiebureau opdracht gegeven om te onderzoeken wat de reputatieschade voor de universiteit zou zijn als het Inspectierapport openbaar wordt. Dat bureau, Confidant Partners, concludeert “dat openbaarmaking van het voorliggende conceptrapport zeer zware reputatieschade voor de TU Delft, specifieke (groepen) medewerkers en de medewerkers in algemene zin zou veroorzaken.” Confidant Partners acht deze reputatieschade onnodig en bovendien nog te voorkomen “door aanpassing van de inhoud van het conceptrapport in een volgende conceptversie en/of definitieve versie van het rapport.” Dit advies van Confidant Partners heeft de Inspectie duidelijk niet opgevolgd.  

De woede van de Delftse bestuurders en toezichthouders concentreert zich op hoofdstuk 9 van het rapport, dat specifieker ingaat op de rol van het bestuur van de universiteit en de hierboven genoemde intimidatie en bedreigingen. “Aparte aandacht verdient hoofdstuk 9 van uw conceptrapport, omdat dat vanuit reputatieoogpunt het meest impactvol voor de TU Delft en specifieke (groepen) medewerkers is. In dit hoofdstuk constateert uw inspectie ‘een aantal incidenten’ van ‘intimidatie en bedreiging’ door bestuurders en/of toezichthouders”, zo staat in een van de weggelakte stukken. 

Verzetten tegen het rapport of aftreden 

“De consequentie van publicatie van een dergelijk hoofdstuk kan niet anders zijn dan dat de betrokken bestuurders en toezichthouders zich in het openbaar hiertegen verzetten dan wel dat zij aftreden (al of niet gedwongen), omdat ze zich niet kunnen verdedigen. U loopt dit risico bewust door uw bewoordingen waarmee u alle betrokkenen over één kam scheert en dus allen beschuldigt. Het door u tussen geplaatste haakjes genoemde ‘voormalig’ doet daaraan niets af”, zo schrijft het CvB in navolging van communicatiebureau Confidant Partners aan de Onderwijsinspectie.  

Die opmerking betreft de zin in het Inspectierapport dat “De inspectie een aantal incidenten van ervaren intimidatie en/of bedreiging [heeft] geconstateerd door (een) (voormalig) bestuurder(s) en een voormalig toezichthouder”. 

Daarnaast toont het CvB niet alleen weinig vertrouwen in de Onderwijsinspectie, ook de media kunnen op weinig sympathie rekenen. “De betrokkenen worden daarmee een schietschijf voor journalisten en criticasters”, zo schrijft het CvB aan de Inspectie. “U moet doordrongen zijn (of: zou dat moeten zijn) van het feit dat media onmiddellijk op zoek gaan naar ‘schuldigen’ en met dit hoofdstuk worden die hen op een dienblad aangereikt.  Wetende dat media zich vooral richten op personen, gaat deze aantijging de boventoon voeren in de publiciteit, en mogelijk ook in reacties van politici (media zullen het niet laten bij lezing van de samenvatting). Terwijl de Inspectie volgens de TU Delft helemaal geen bewijs levert voor deze aantijgingen.”  

De anonimiteit van de klagers staat de Onderwijsinspectie niet toe om de genoemde intimidatie en bedreiging door het bestuur en de RvT nader toe te lichten, zegt de toezichthouder. 

Het gebruikt van de juridische kwalificatie ‘wanbeheer’ in het rapport zal ook vergaande consequenties hebben, zo vrezen de Delftse bestuurders. “Van alle gebruikte bewoordingen in het conceptrapport zal de juridische term ‘wanbeheer’ reeds op zichzelf serieuze reputatieschade veroorzaken. Die zal door de stakeholders in de politiek, journalistiek en de onderwijswereld ook zo worden opgevat, daarmee onmiddellijk een oordeel vellend over de zittende bestuurders. Media gaan met de kwalificatie aan de haal; uw Inspectie gaat hiermee dan dus het risico op zware reputatieschade aan, terwijl u de aantijging niet onderbouwt.” 

Bewust een publieke confrontatie met de top van de TU Delft 

Met zulke bewoordingen negeert de Inspectie de belangen van de bestuurders en toezichthouders, beklaagt het CvB zich. “Indien zij besluiten om zichzelf te verdedigen, dan gaat uw Inspectie bewust een publieke confrontatie aan met de top van de TU Delft op basis van een niet-onderbouwde, maar verregaande aantijging.” 

Als de Inspectie deze passages niet aanpast of weghaalt, schaadt dat niet alleen de TU Delft maar ook de rol van de Onderwijsinspectie, zo wordt de toezichthouder op wet- en regelgeving gewaarschuwd. “Dit zal dan onvermijdelijk consequenties hebben voor de reputatie van de universiteit (en ook die van uw Inspectie, maar dat terzijde)”, zegt het CvB.Deze constatering en vooral de gebruikte bewoordingen zullen nadrukkelijk de meeste schade berokkenen aan de reputatie van de zittende bestuurders en toezichthouders, en daarmee direct ook aan de universiteit. Deze schade wordt nog eens verergerd door uw conceptvaststelling dat ‘er een verhoogd risico is voor dergelijke incidenten’.” 

Reputatieschade nationaal en internationaal 

Openbaarmaking van deze ‘feitelijk onjuiste en onterechte bevindingen en conclusies’ zijn voor zowel de TU Delft als specifieke individuen ‘ongekend buitenproportioneel en onnodig schadelijk’, zeggen de Delftse bestuurders. “U moet denken aan onomkeerbare schade in reputatie, nationaal en internationaal, in strategie en samenwerkingen met wetenschapsinstituten en het bedrijfsleven en voor haar financiën. Ook vreest de TU Delft voor de effecten van dit (concept)rapport op de sociale veiligheid in hun gemeenschap.” 

Het Inspectierapport is er echter, ondanks het verweer van de TU Delft, toch gekomen – en de publieke confrontatie ook. De TU Delft is een reactie gevraagd op dit artikel en laat via een woordvoerder weten dat de universiteit ‘niet reageert op speculaties over interne beraadslagingen’. De TU Delft is naar eigen zeggen transparant over haar zienswijze en reactie op het rapport van de onderwijsinspectie. Daarnaast meldt de woordvoerder dat het College van Bestuur het volledige vertrouwen van de Raad van Toezicht geniet.

Frans van Heest : 


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK