‘Als bedrijven wetenschap dwarsbomen, moet je als wetenschapper terugduwen’

Nieuws | door Michiel Bakker
8 februari 2024 | Grote bedrijven doen er alles aan om ervoor te zorgen dat wetenschappelijke kennis niet goed aankomt bij beleidsmakers, ondervond de Tilburgse hoogleraar Reyer Gerlagh. Dat gaf hem de overtuiging dat bepaald activisme deel is van zijn taak als wetenschapper. Collega-hoogleraar Peter Achterberg vindt echter dat wetenschap stopt bij onderzoek. “Zodra mij als wetenschapper wordt gevraagd wat er moet gebeuren, houd ik direct mijn mond.”
Wetenschappers demonstreren in London. Beeld: Mark Kerrison

Ja, wetenschappers moeten zich laten horen in het publieke debat, maar wanneer overschrijden ze de grens tussen wetenschap en politiek? Daarover verschillen de Tilburgse hoogleraren Odile Heynders, Peter Achterberg en Reyer Gerlagh van mening, blijkt uit een podcast met journalist Tineke Bennema.  

Rol van publieke intellectueel 

Heynders deed onderzoek naar de manier waarop schrijvers zich als publiek intellectueel in het publieke debat mengen. Vanuit literaire verbeelding kunnen schrijvers ideeën hebben over de gewenste koers voor de wereld en daaraan ook stem geven, schetste ze. “Ze hebben een publiek, en veel mensen vinden het belangrijk wat een auteur te zeggen heeft. Evengoed zijn veel mensen dan heel erg tegen. Zo wekte filosoof en schrijver Jean-Paul Sartre veel woede toen hij een bezoek bracht aan de gedetineerde Andreas Baader van de gewelddadige anti-kapitalistische Baader-Meinhofgroep.”  

Sartre deed dat om de verscheidenheid in verschillende politieke standpunten te laten zien, aldus Heynders. “Dat was zijn rol als publiek intellectueel.” In Nederland ziet ze in Ramsey Nasr een schrijver en dichter die ook expliciet vanuit die rollen deelneemt aan het publieke debat. “Hij gebruikt nu zijn talenten om aandacht te vragen voor de situatie in Gaza. Daarin is hij heel erg scherp en heel effectief.” 

Wetenschap moet streven naar objectiviteit 

Hoewel ook wetenschappers een rol hebben in het publieke debat, verschilt die van de rol van kunstenaars, vindt Peter Achterberg, hoogleraar Sociologie in Tilburg. “Ik ben er niet echt voorstander van als allerlei wetenschappers enorm activistisch tekeergaan in de samenleving. Wetenschappers moeten bestuderen hoe iets werkt zonder daaraan te veel of te snel morele standpunten vast te knopen – bijvoorbeeld door te zeggen dat het goed of slecht gaat. Dat werkt veel weerstand in de hand.” 

Word abonnee!

Alleen met uw bijdrage kan ScienceGuide bestaan. Word abonnee voor slechts €85 per jaar (incl. 9% BTW), ontvang 50 keer per jaar de nieuwsbrief en draag bij aan een onafhankelijk platform voor het hoger onderwijs.

Terwijl een schrijver baat kan hebben bij een expliciete positie in het debat, is een wetenschapper vaak verbonden aan een academisch instituut dat een zekere objectiviteit poogt te hanteren, benadrukt Achterberg. “Dat gaat natuurlijk helemaal niet lukken, maar het wordt wel nagestreefd. Als je dan openlijk heel moralistisch bent als wetenschapper, haakt een helft van de samenleving af.” 

Grens tussen politiek en wetenschap 

Natuurlijk vraagt de samenleving duiding van wetenschappers, zegt Achterberg. “Ik ben vrij vaak in de media om bijvoorbeeld de sociologische achtergrond van fenomeen x te duiden, maar als me dan wordt gevraagd wat er nu moet gebeuren, hou ik direct mijn mond. Als ik dat wilde vertellen, was ik wel bij een politieke partij gegaan. Die grens bewaak ik goed.”  

Dat kan lastig zijn, schetst de hoogleraar. “Uit onderzoek blijkt bijvoorbeeld dat mensen onderaan de sociaaleconomische ladder gemiddeld zeven jaar korter leven. Dan kun je als wetenschapper zeggen: ‘Dat is niet best’, want dat klopt. Je kunt ook nog zeggen: ‘Ongelijkheid is het allerbeste sinds de gesneden kaas, want als we geen arme mensen hebben, wil niemand het rotwerk opknappen. Ongelijkheid alloceert heel goed op de arbeidsmarkt’. Nou, dat klopt ook. Word ik als wetenschapper gevraagd hoe die allocatie kan worden verbeterd, en zeg ik dan dat de ongelijkheid moet worden vergroot, dán ga ik de grens over: dat is een politieke dimensie. Dat geldt ook voor de uitspraak dat ongelijkheid niet mag bestaan.” 

Demonstreren in toga 

Iemand die deze grens misschien wel overstak is Reyer Gerlagh, hoogleraar Milieueconomie in Tilburg. Na jarenlang als wetenschapper vanachter zijn bureau mee te doen aan onderzoeken en mee te schrijven aan rapporten en publicaties, zag hij dat er te weinig gebeurde met dat werk. “Terwijl hetgeen gebeurt wel heel belangrijk is: klimaatveranderingen zijn gaande”, vertelt hij.  

Andere mensen, bijvoorbeeld activisten van Extinction Rebellion, dragen misschien wel meer bij aan de strijd tegen klimaatverandering dan hij als wetenschapper, concludeerde Gerlagh. “Toen dacht ik: misschien moet ik maar meedoen.” Dat deed hij overigens niet anoniem, maar gekleed in zijn hoogleraarstoga.  

Dit is óók mijn taak als wetenschapper 

Actievoeren en wetenschap bedrijven is niet tegenstrijdig met elkaar, vindt Gerlagh. “Als wetenschapper heb ik, deels door mijn deelname aan het IPCC, gemerkt dat het bedrijfsleven heel actief probeert om informatie verkeerd te interpreteren. Ze doen echt hun best om ervoor te zorgen dat de kennis die wij als wetenschappers verzamelen, niet goed aankomt bij beleidsmakers. Op een gegeven moment dacht ik: misschien is mijn taak als wetenschapper óók om terug te gaan duwen en te zeggen: ‘Beste mensen, dit is niet wat de wetenschap aantoont, en het is niet goed dat we laten gebeuren dat oliebedrijven doen alsof het allemaal wel meevalt en hun rol essentieel is in de energietransitie.”  

Olie- en steenkoolbedrijven vormen juist de kern van het klimaatprobleem, dus we moeten van ze af, stelt Gerlagh. Gebruik van fossiele brandstoffen moet dus niet worden gestimuleerd, en precies daarover ging de demonstratie van Exctinction Rebellion waaraan Gerlagh deelnam. “Ik kan dus als wetenschapper volmondig zeggen dat ik achter dat statement sta. Dat heeft geen enkele invloed op mijn onafhankelijkheid als wetenschapper. Als onafhankelijk wetenschapper zeg ik: ‘Dat statement is correct: stop met fossiele subsidies.”  

De samenleving moet hier iets aan doen 

Collega-hoogleraar Heynders kan zich goed vinden in de motivatie en redenering van Gerlagh. “Als wetenschapper heb je ook de taak om de wetenschap bij een breder publiek te brengen. Dat doet Reyer Gerlagh heel helder, denk ik. Als er zo veel aanleiding is om wat steviger te drukken op het publieke debat, lijkt met dat goed verkoopbaar en geen vorm van moralisme waarmee een grens wordt overschreden.” 

Als wetenschapper denkt Achterberg daarover anders. “Gerlagh geeft als argument dat die bedrijven wetenschap dwarsbomen, politiseren en er een machtsstrijd van maken. Ik snap het probleem, maar het is de vraag of jij als wetenschapper daaraan iets moet doen of dat die taak voor iemand anders is, bijvoorbeeld een machtigere klimaatlobby die dit kan ontmaskeren. Dit is iets dat de samenleving moet oplossen. ” 

Wetenschap is niet één 

Wetenschap houdt op bij onderzoek, vindt Achterberg. Hij is het niettemin eens met de aanvulling van Heynders: “Een wetenschapper met een links perspectief zal anders denken over data en resultaten die ze bestuderen en hoe ze dat dan moeten doen. Je wilt juist ook aan het publiek en studenten laten zien dat er dus niet één wetenschap is, dat het complex is en dat er verschillende perspectieven zijn.”  


«
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
ScienceGuide is bij wet verplicht je toestemming te vragen voor het gebruik van cookies.
Lees hier over ons cookiebeleid en klik op OK om akkoord te gaan
OK